Skip to main content
Knolselderij en linzen met hazelnoten en munt

Herfstig kokkerellen met knolselder uit eigen tuin! Lekker wat lauwwarme plakjes gerookte ganzenborst. 4 personen.

  • hazelnoten – 60 gram hele, met vlies
  • linzen – 200 gram (Puy)
  • water – 7 dl
  • laurierblad – 2
  • thijm – 4 takjes
  • knolselderij – 1 kleine (650 gram) geschild en in dikke chips van 1 cm gesneden
  • olijfolie – 4 eetlepels
  • hazelnootolie – 3 eetlepels
  • rode wijnazijn – 3 eetlepels
  • munt – 4 eetlepels, fijngesneden
  • zout & peper

Verhit de oven tot 140 graden. Strooi de hazelnoten op een kleine bakplaat en rooster ze 15 minuten in de oven. Schud ze eraf, laat ze afkoelen en hak ze grof. Doe de linzen met het water, de laurier en de tijm in een kleine pan. Breng ze aan de kook en laat ze 15-20 minuten zachtjes beetgaar koken. Stort ze in een vergiet.

Kook intussen in een andere pan de knolselderijchips in ruim kokend water met zout in 8 minuten net gaar. Giet ze af.

Vermeng de nog warme linzen (as ze koud zijn zuigen ze de olie niet op) in een schaal met de olijfolie, 2 eetlepels hazelnootolie, de azijn, wat zwarte peper en royaal zout. Meng de knolselderij erdoor. Proef en voeg zo nodig nog wat zout en peper toe.

Meng de helft van de munt en de helft van de hazelnoten erdoor. Schep het in een schaal en sprenkel de overgebleven hazelnootolie erover. Garneer met de rest van de munt en hazelnoten. Serveer direct.